Jansen of Lorkeers plaagdierbeheersing 

Doeltreffend in bestrijding & preventie

Bijen & hommels

Er komen ruim 200 soorten bijen en hommels in Nederland voor. Echter zijn er maar een paar soorten waarvan wij het meeste overlast van kunnen ondervinden, met name doordat zij op een ongelukkige plaats gaan ''zwermen'' of hun nest maken zoals Hommels . Het gaat om de Honingbij, Rosse Metselbij en de Hommel soorten. Bijen en hommels zijn zeer nuttige dieren en leveren een zeer grote bijdrage aan o.a de bestuiving van bomen, bloemen en planten. Het is dan ook van belang hier zorgvuldig mee om te gaan. 

De Honingbij (Apis Mellifera L.)

honingbij-met-stuifmeel

De honingbij is bruin, het achterlijf is donker met bruine haarbanden. De bij die wij zien zijn dewerksters van het volk, ca 12 mm, de darren ca 15 mm en de koningin ca 18 mm lang. Voedsel bestaat uit een mix van stuifmeel, nectar (van bloemen) en water.

De Honingbij is een overwinterend soort. Een zwerm bijen overwintert in een korf, kast, of ergens op een beschutte plek in de natuur. De mannetjes bevruchten voor de winter de jonge koninginnen en worden vervolgens gedood of weggejaagd door werksters, de taak van de mannetjes zit erop. De zwangere koninginnen kruipen tezamen met werksters in de korf of beschutte plek. Ze gaan in volledige rusttoestand, voor de winter. Als de dagen warmer worden komen de werkbijen in beweging en gaan op zoek naar stuifmeel en nectar. Deze werkbijen sterven vervolgens doordat zij als functie hebben het bijenvolk de winter doorhelpen. Zwanger Koninginnen beginnen vroeg in het voorjaar met het leggen van eitjes, tot wel 1500 per dag. Uit deze eitjes komen larven met ieder een taak: Werkers , Darren (mannetjes) en jonge koninginnen verspreid over verschillende maanden/seizoenen. Deze worden groot door overgebleven stuifmeel en nectar en later gevoerd door de werksters. Als de jonge koninginnen zijn nest volledig ontwikkeld hebben kunnen oude koninginnen met een deel van de populatie gaan ''zwermen''. Hierbij zoekt de oude koningin een nieuwe verblijfplaats. Als tussenstop of nieuwe verblijfplaats kunnen ze gebruikmaken van diverse warme plekken. Hier kan overlast van worden ondervonden, bijvoorbeeld als zo'n zwerm van uw tuin, boom, schoorsteen etc. gebruik gaat maken. Heeft u last van een bijenzwerm of een compleet nest? Jansen of Lorkeers Plaagdierbeheersing is de specialist die u kan helpen. Wij kunnen ter plekke kijken of het om een bijenzwerm gaat of een geplaatst nest. In veel gevallen gaat het om een ''bijenzwerm'' waarna wij u in contact kunnen brengen met een bijen-imker. Deze imker zal de bijenzwerm meestal kosteloos voor u wegscheppen en meenemen. In enkele gevallen is een chemische bestrijding wenselijk.

Rosse Metselbij (Osmia Rufa L.)

De Rosse Metselbij is donkerbruin/ goudbruin van kleur met een groene metaalglans over de huid en een grootte van 10 mm. De Rosse Metselbij is flink behaart en heeft veel weg van de Hommel.

De Rosse Metselbij leeft solitair maar wel weer in groepen. Ze hebben een vrij korte leefperiode die loopt van Maart tot eind Mei afhankelijk van de weersomstandigheden. Het vrouwtje legt haar eitjes (Mei/Juni) in holle (Bamboe)stengels, (spleetjes) hout, gaatjes in de muur het liefst waar veel zon komt. Zo leggen zij ongeveer 10 eitjes" per plek.  Per eitje wordt er een laagje van stuifmeel ''dichtgemetselt'' die als bescherming dient en als voedsel voor de larve. Deze eitjes komen het volgende jaar pas uit (Maart/April) nadat ze gelegd zijn. Eenmaal volgegeten en uitgevlogen begint de korte leefcyclus van paring tot eitjes leggen. De Rosse Metselbij is een rustige bijensoort die niet snel zal steken. Derhalve kan er wel overlast plaatsvinden doordat Metselbijen op een vervelende plek gaan huisvesten zoals houten speelhuisjes, oude (garage)muren of net langs de kozijnrand. Eenmaal uitgekomen begint de cyclus op dezelfde plek opnieuw. Dit resulteert: dat er een aantal jaren achtereen overlast kan ontstaan door hun aanwezigheid. Heeft u last van Rosse Metselbijen? Jansen of lorkeers Plaagdierbeheersing is de specialist die u kan helpen. In enkele gevallen is een bestrijding wenselijk! 

De Hommel (Bombus SSP.)

Een hommel heeft een dikke pelsachtige beharing waardoor het zich goed in allerlei klimaten kan huisvesten. Zijn beharing is kleurig met meestal geelbruin, wit met zwarte kleuren op de kop en rug.

hommel-vliegt-naar-bloem

 

De meeste Hommel soorten leven maar een jaar alleen de zwangere jonge koninginnen overwinteren, slechts enkele Hommel soorten overwinteren en gebruiken hetzelfde nest. Als de temperaturen in het voorjaar stijgen, ontwaakt de koningin uit zijn winterslaap een gaat op zoek naar nectar en stuifmeel. Eenmaal gevonden zoekt zij een geschikte plek om een nest van 3-5 cm te maken. Afhankelijk van het soort Hommel maken ze een nest van fijn gemaakte plantendeeltjes in de grond, spouwmuren of ander holle voorwerpen zoals boomstammen. In dit kleine nestje worden kamers gemaakt van was. Verschillende kamers zoals, 1 kamer voor nectar, 1 kamer voor stuifmeel, kraamkamers en een verblijfkamer. Zo dienen de voedselkamers voor de koningin zelf en haar larven. Vervolgens wordt er in de kraamkamers eitjes gelegd. Na korte tijd eten de larven zich vol met het achtergebleven nectar en stuifmeel vervellen een paar keer en bouwen ieder voorzich een cocon om zich heen. Zo'n Hommelnest ziet er met al deze cocons heel hobbelig uit. Tussen deze cocons worden weer nieuwe eitjes door de koningin gelegd en zo houden ze elkaar warm. Uit deze eitjes komen in het begin werksters, daarna een groep mannetjes en als laatste jonge koninginnen die bevrucht kunnen worden door de mannetjes waarna ze vervolgens zwanger wegkruipen of vliegen op zoek naar een beschutte plek voor de winter. Hommels zijn vrij rustige insecten die niet snel zullen steken. Toch kunnen zij overlast geven door hun aanwezigheid in bijvoorbeeld zandbakken, spouwmuren of vlak bij uw terras. Heeft u last van een Hommelnest? Neem contact op met Jansen of Lorkeers plaagdierbeheersing en zie wat wij voor u kunnen betekenen.


Bellen